Column
Ze staat in het portaal van haar woning al op me te wachten. De felrode haarkleur matcht met haar lippenstift en om haar nek hangt een ketting die schittert als de zon erop valt. Ze ziet er onberispelijk uit en ik heb spijt dat ik mijn auto van binnen niet even heb gepoetst. Ik strek mijn hand uit om kennis te maken en ze laat hem niet meer los, want die ondersteuning heeft ze nodig bij het lopen. In haar andere hand een wandelstok.
Ze staat in het portaal van haar woning al op me te wachten. De felrode haarkleur matcht met haar lippenstift en om haar nek hangt een ketting die schittert als de zon erop valt. Ze ziet er onberispelijk uit en ik heb spijt dat ik mijn auto van binnen niet even heb gepoetst. Ik strek mijn hand uit om kennis te maken en ze laat hem niet meer los, want die ondersteuning heeft ze nodig bij het lopen. In haar andere hand een wandelstok.
De 77-jarige Ria Scholl woont al haar hele leven in dezelfde
straat, waar ze opgroeide in een gezin van drie
kinderen. Zij als oudste dochter en twee broers. Na de Mulo ging ze in de
schoenenzaak van haar ouders werken. Een keuze waar ze honderd procent achter
stond. We zijn nog niet eens op onze lunchplek en Ria heeft me in de
beslotenheid van mijn auto al veel over haar leven verteld.
Ondanks haar fikse
beperkingen door reuma wil ze niet klagen. “Wat schiet je ermee op” zegt ze
even later als we bij het lunchcafé aan de koffie zitten.
De reuma is aan haar handen af te lezen. Pijnlijke knokkels in schril contrast met een grote fonkelende ring die om haar vinger prijkt. Nagels keurig gelakt. “Mijn vader complimenteerde me altijd hoe ik eruit zag” blikt ze met een glimlach terug. “Als verkoopster in een schoenenzaak ook wel een must. Ik heb mijn leven lang geen broek gedragen, alleen maar rokken, liefst met mooie hakken eronder. Ik kijk altijd naar de schoenen van mensen, dat zit er zo in gebakken. En kijk nu wat ik zelf draag? Aangepaste schoenen!” Ze schuift haar benen onder de tafel uit en kijkt ernaar. “Klompen”, zegt ze en spuugt dat woord bijna uit. “Dat was echt wel een dingetje hoor dat ik die moest gaan dragen… ”
De reuma is aan haar handen af te lezen. Pijnlijke knokkels in schril contrast met een grote fonkelende ring die om haar vinger prijkt. Nagels keurig gelakt. “Mijn vader complimenteerde me altijd hoe ik eruit zag” blikt ze met een glimlach terug. “Als verkoopster in een schoenenzaak ook wel een must. Ik heb mijn leven lang geen broek gedragen, alleen maar rokken, liefst met mooie hakken eronder. Ik kijk altijd naar de schoenen van mensen, dat zit er zo in gebakken. En kijk nu wat ik zelf draag? Aangepaste schoenen!” Ze schuift haar benen onder de tafel uit en kijkt ernaar. “Klompen”, zegt ze en spuugt dat woord bijna uit. “Dat was echt wel een dingetje hoor dat ik die moest gaan dragen… ”
"Ze kijkt naar haar aangepaste schoenen. 'Klompen' zegt ze en spuugt het woord bijna uit."
Twee keer per dag komen de meisjes van het thuiszorgteam
haar steunkousen aan en uit doen. “Je hebt er tegenwoordig hulpmiddelen voor,
maar die zijn aan mij niet besteed omdat ik door de reuma geen kracht kan
zetten..” Haar hoofd daarentegen is nog heel helder. Een paar uur per week
helpt ze haar broer, die een autoschadeherstelbedrijf heeft, met de
boekhouding. “Niks computer, gewoon met pen en papier.” Haar broers zijn
belangrijk voor haar, evenals hun gezinnen. Zelf is Ria nooit getrouwd. “Mijn
leven speelde zich in de winkel af. Mijn ouders zijn er al lang niet meer, maar
toch kan ik ze nog heel erg missen. We hebben al die jaren heel intensief
samengewerkt.”
Toen de winkel ter ziele ging, wilde Ria graag in haar
straat blijven wonen. Ze vond een appartement aan de overkant, dat is nu 22
jaar geleden. Er kwam geen verhuiswagen aan te pas. Kasten werden met hulp van
haar broers de straat over getild. Over die straat raakt ze niet
uitgepraat. “Vroeger was dit dé winkelstraat. Je had hier van
alles: van een slagerij, bakker en kruidenierszaak tot een rijwielhandel en een
café.” En 'haar' schoenenzaak dus, waar mensen van heinde en ver naartoe kwamen. “Nu staat alles leeg. Zelfs de bakkerij is onlangs gesloten”, betreurt
Ria. Gelukkig rijdt ze nog auto en bij
Albert Heijn is er altijd wel iemand die haar helpt. “Die reuma maakt je erg
moe, maar dan slaap ik tussen de middag gewoon even bij.”
Ik kijk in haar ogen
die prachtig zijn opgemaakt.
Ze is een echte dame.
Geen hakken voor nodig…
Ze is een echte dame.
Geen hakken voor nodig…
Net als bij je vorige colums zie ik deze prachtige dame gewoon écht voor me en hier aan tafel zitten...je kan het zó mooi beschrijven.
BeantwoordenVerwijderenDank weer daarvoor!
prachtig stukje weer.
BeantwoordenVerwijderenMooi!
BeantwoordenVerwijderenIk moest meteen aan de tante van mijn man denken, ook altijd een rok aan en tip top gekleed en ondanks haar leeftijd 88 nog steeds op hoge hakken, mij lukt dat niet ;)
Fijn dat mevrouw nog mobiel is :)
Groet Anita
Mij lukt dat ook niet, krijg na een half uurtje al pijn aan mijn voeten!
VerwijderenMooi 💚🎄❤️
BeantwoordenVerwijderenWederom weer prachtig weergegeven.
BeantwoordenVerwijderenGroetjes Sandra
Oh ik zie mevrouw, zo voor me. Was weer genieten, Carolien, van jou mooie verhaal.
BeantwoordenVerwijderenGroeten Brigit
Ik zie haar zo zitten. Geweldig verteld.
BeantwoordenVerwijderenLieve groet,dinah
Ik vind al die 'verzorging' onnodige en vrouwonvriendelijke opsmuk, maar kan het waarderen bij iemand als mevrouw Scholl! Mooi geschreven Carolien!
BeantwoordenVerwijderenMooi als je je op die leeftijd nog kan verzorgen.
BeantwoordenVerwijderenIn ieder mens schuilt een mooi verhaal. Het is aan de schrijver om het te delen. Ontroerend mooi!
BeantwoordenVerwijderen